Vandaar dat ik zo blij werd van het volgende boek: "The vegetable gardener's guide to permaculture" van Christopher Shein en Julie Thompson. Met andere woorden, permacultuur specifiek voor de moestuin. Kijk, daar heb ik iets aan!
Ik verkeerde namelijk een heel klein beetje in een soort "identiteits-crisis" qua moestuin. Want als ik de plaatjes op internet mag geloven dan ziet de standaard permacultuur moestuin er ongeveer als volgt uit:
Mooie weelderige volle groene tuinen waarin romantisch kronkelende paadjes verdwijnen. Ogenschijnlijk chaotisch, want alles staat ongeordend maar met een vanzelfsprekendheid door elkaar. Vooral véél organische materialen en vormen. Liefst nog wat kippen erbij die gemoedelijk op de achtergrond lopen. Foto's die vaak in de avondzon zijn genomen, waarbij het warme strijklicht voor nóg meer loom gevoel zorgt. Je hóórt de bijtjes bijna zoemen en het liefst wil je meteen met blote voeten die foto binnenwandelen en neervlijen tussen het groen voor een klein dutje. Zucht.
Ondanks dat ik echt een enorme zwak heb voor dit soort tuinen en écht dacht dat ook in mijn moestuin de keyhole-gardens en kruidenspiralen een plek zouden vinden, werd het daarentegen toch vrij traditioneel van opzet, met rotatiebakken netjes op een rij. De basis is helemaal niet organisch maar vooral geometrisch en hoekig. Geen kronkelende paadjes, geen kippen op de achtergrond en zeker géén dutjes!!
Ik voldoe dus niet aan het cliché beeld, voldoe ik dan ook niet aan de inhoud?!?
Ah, daarop geeft dit boek antwoord en houvast door middel van de 12 principes waarop permacultuur gestoeld is. Hoe je dat invult voor je eigen moestuin is afhankelijk van hoe jij er zelf tegenover staat, dus hoe je eigen omgeving, middelen, kennis, mogelijkheden etc. zijn.
Maar voor ik die 12 principes uit de doeken doe zal ik eerst heel kort uitleggen wat permacultuur ongeveer inhoudt en waar het voor staat.
Permacultuur is breed toepasbaar, maar in alle gevallen staat het vooral voor een systeem om samenwerking met de natuur gericht op duurzaamheid voor mens én natuur te bewerkstelligen. Natuurlijke ecosystemen (zoals bijvoorbeeld bossen) worden daarbij als model genomen. Zorg voor de aarde en zorg voor elkaar zijn belangrijke ethische peilers. In de uitvoering voor de moestuin heeft het verder veel raakvlakken met ecologisch moestuinieren in de zin dat je met respect voor alles wat groeit en bloeit en leeft omgaat. (Al is bij de permacultuur wellicht iets meer nadruk op meerjarige overblijvende gewassen. (Meerjarige groenten, fruitstruiken, bomen)). Het verrijken van de grond, spreiden van risico's, bio-diversiteit in gewassen, natuurlijke bestrijding van plagen etc. zijn allemaal facetten waar je bij het tuinieren mee te maken krijgt.
De 12 principes volgens het boek:
1: Observeer
Kijk goed naar je tuin en de omgeving. De invloed van het klimaat en de seizoenen bepaalt voor een groot deel een gunstige ligging en indeling. Waar komt de heersende windrichting vandaan, hoe is de ligging t.o.v. de zon. Welke gewassen zijn geschikt voor het klimaat waar je in zit, en voor de grondsoort die voorhanden is. De directe omgeving speelt ook mee, bijvoorbeeld d.m.v. inkijk, geluid en dieren waar je rekening mee wil/moet houden. Deze informatie is uiteraard plaatsgebonden en maakt jouw moestuin al anders dan die van iemand anders.
2: Energie opvangen en bewaren
Om zo duurzaam mogelijk met energie om te gaan is het belangrijk dat je het kunt opslaan of bewaren voor schaarse tijden op lange of korte termijn. Denk bijvoorbeeld aan het opvangen van regenwater voor drogere perioden. Of het plaatsen van een kas voor meer en langer warmte. Maar ook het bewaren van voedsel voor de wintermaanden valt hieronder (drogen, inmaken, pekelen, wecken, inkuilen etc.)
3: Oogst
Je hebt een moestuin voor de oogst uiteraard, daar is veel van je inzet op gericht. Maar in de permacultuur is het begrip 'oogst' breder dan dat. Ook door het delen van kennis, ervaring, energie is er iets wat je kunt oogsten. Delen ís oogsten. Samenwerkingsverbanden, informatieve bijeenkomsten, kennis van andere culturen zijn allemaal bronnen waar je onderling iets te geven en te krijgen kunt hebben.
4: Wees onderdeel van een schakel
Zie je eigen moestuin, of plekken waarvan je oogst, niet als iets van nu, maar als onderdeel van een langere schakel. Een 'erfenis' van vorige bezitters (voorouders) dat je later weer doorgeeft aan nieuwe bezitters (kleinkinderen). Richt je dus ook op meerjarige gewassen. De boom waar je nu de vruchten van plukt is door eerdere generaties geplant, geef zo zelf ook weer erfenissen door. Dat hoeven niet alleen gewassen te zijn, ook het onderhouden draagt bij. Of bijvoorbeeld het verrijken van arme grond.
5: Gebruik hernieuwbare middelen 'renewable recources'
Het grote voorbeeld wat in het boek wordt genoemd zijn bomen. Multifunctioneel door de zaden, vruchten, schaduw, bladcompost, bouwmateriaal, energiebron, windkering, zuurstofproductie, mulch etc. Maar bovenal, hernieuwbaar. De energie ervan is niet uitputtelijk zoals bijvoorbeeld bij aardolie wel het geval is.
6: Produceer geen afval
Met andere woorden: Composteer. Al het 'afval' wat van de tuin afkomt kan weer omgezet worden in voeding en grondverbeteraar door het weer te composteren. Logischerwijs gebruik je dus ook geen gif in je moestuin.7: Ontwerp van patroon naar detail
Hiermee bedoelen ze dat je in de moestuin patronen kunt nabootsen die in de natuur succesvol zijn gebleken. Als voorbeeld wordt hier de spiraal genoemd (zoals een slakkenhuis). Het zorgt in de tuin voor meer werkoppervlakte en de vorm biedt mogelijkheid om micro-klimaten te realiseren. De kruidenspiraal is een veel gebruikte toepassing in de permacultuur.
8: Integreer meer
Oftewel, combinatieteelt. Door de juiste gewassen bij elkaar te plaatsen zullen planten elkaar meer steunen in plaats van tegenwerken. Zo is de uitkomst groter dan de som der delen. En kun je dus meer planten op een kleinere oppervlakte kwijt die het samen toch goed doen, en dus meer oogst geven. (Voorbeeld hiervan zijn de "drie gezusters" Maïs, pompoen en bonen. Maïs zorgt voor steun voor de bonen, die op hun beurt weer veel stikstof vasthouden in de grond waar de pompoenen weer voordeel bij hebben. De pompoenen zorgen op hun beurt voor bodembedekking en dus onkruidbestrijding.)
9: Zorg voor kleine en langzame oplossingen
Klein in de zin van kleinschalig. Geen grootse industriële aanpak wat gericht is op snelle scores, maar een moestuin die zo is ontworpen dat het uit meerdere kleinere facetten bestaat. Zoals eenjarigen naast meerjarigen (de nadruk vooral op meerjarigen.) Ook onderlinge zadenruil of het uitwisselen van de oogst met anderen zijn voorbeelden hoe je op kleine schaal voor oplossingen zorgt.
10: Diversiteit
Ga voor een polycultuur ipv een monocultuur in je moestuin. Dus liefst zoveel mogelijk variëteiten, ook per soort. Dat versterkt je positie als het om ziektes gaat waardoor de oogst dan niet helemaal verloren is. Niet alleen ziektes overigens. Ook periodes van droogte of juist nattigheid kun je beter aan als je meerdere variëteiten tegelijk kweekt. De tuin wordt er veerkrachtiger van.
11: Gebruik de ruimte
Maak slim gebruik van de ruimte die je hebt. Door de indeling en vorm ten eerste. Let daarbij op plantruimte t.o.v. loopruimte en ook op hoe zon- en schaduwgewassen zijn ingedeeld. Werk van laag naar hoog. En benut zoveel mogelijk grond.
12: Flexibiliteit en creativiteit
Het klimaat is veranderlijk, geen jaar is hetzelfde. Temperatuur, regenval, plagen.. probeer er mee samen te werken in plaats van proberen het te beheersen.
Al met al doe ik het nog niet zo heel slecht. Ik heb héél goed de tuin geobserveerd voor ik begon, heb een kas en een regenton voor de giften van boven. En ik verwerk een gedeelte van de oogst voor barre tijden. Oogst die ik ook wel ruil of weggeef. Op de volkstuin is er altijd wel iemand met raad, en met een aantal buren houden we elkaar qua tuinbelevenissen op de hoogte van alle experimenten en voor- en tegenspoed, inclusief alle kennis die we daarnaast in huis hebben.
Je zit trouwens automatisch in een schakel als je op een volkstuin huurt. Mijn tuin heb ik overgenomen en zal ooit ook wel weer doorgegeven worden. In de tussentijd probeer ik de grond vruchtbaarder te krijgen en vervang ik fruitbomen die niet meer productief zijn.
Alles wat ik tot nu toe aan materialen ingebracht heb, door het timmeren van de verhoogde bakken, was duurzaam hout, en ik composteer. Ik composteer veelvuldig! Met een officiële wormentoren en 2 kippen aan huis, een compostsilo en twee compostbakken en zelfs nog wormentorens ín de bedden op de tuin.. en ook nog de gewone GFT voor het bedenkelijke groen (lees: onkruidzaden en onkruidwortels) ben ik ruim voorzien!
Daarnaast pas ik uiteraard combinatieteelt toe en breng ieder seizoen steeds meer diversiteit in. Dat is een groeiend proces. En hoop ik van mezelf dat ik toch minstens wel flexibel en creatief ben! Kleinschalig ben ik in ieder geval zeker. Zelfs nog met ruimte voor groei want de tuin is nog steeds niet helemaal in gebruik.
Maar die patronen... tja, daarin lijkt mijn moestuin niet op een echte 'permie-tuin'. Ik weet ook niet waarom het er bij mij allemaal zo recht en hoekig uitkomt. Het was vooral praktisch om bij het maken van de verhoogde bakken van houten planken uit te gaan. En dan komt je al gauw op rechthoeken uit. En het idee van rotatiebakken vond ik ook erg overzichtelijk ook al is dat vooral een traditionele aanpak. Het bevalt me zo goed dat ik zelfs denk dat ik dat weer zo zou indelen als ik het over moest doen. Dus dat komt wel goed me die crisis!
Een leuk boek verder, met veel praktische tips over o.a. de basics van permacultuur, het ontwerpen van een moestuin, het verrijken van de grond, het kiezen van de gewassen (groenten, kruiden, bloemen, struiken en bomen), het opkweken vanuit zaad en hoe je gemeenschappelijke projecten op kunt zetten.
Bijna nét zo leuk als daadwerkelijk in de moestuin werken!
Maar die patronen... tja, daarin lijkt mijn moestuin niet op een echte 'permie-tuin'. Ik weet ook niet waarom het er bij mij allemaal zo recht en hoekig uitkomt. Het was vooral praktisch om bij het maken van de verhoogde bakken van houten planken uit te gaan. En dan komt je al gauw op rechthoeken uit. En het idee van rotatiebakken vond ik ook erg overzichtelijk ook al is dat vooral een traditionele aanpak. Het bevalt me zo goed dat ik zelfs denk dat ik dat weer zo zou indelen als ik het over moest doen. Dus dat komt wel goed me die crisis!
Een leuk boek verder, met veel praktische tips over o.a. de basics van permacultuur, het ontwerpen van een moestuin, het verrijken van de grond, het kiezen van de gewassen (groenten, kruiden, bloemen, struiken en bomen), het opkweken vanuit zaad en hoe je gemeenschappelijke projecten op kunt zetten.
Bijna nét zo leuk als daadwerkelijk in de moestuin werken!