zondag 13 januari 2013

C: Dichte appeltaart met "pie-bird"


Eens in de zoveel tijd krijg ik goesting om een taart te bakken. Dan wil ik lekker in de keuken staan en helemaal opgaan in het afwegen en kneden, vullen en versieren. De oven aan, lekkere luchten in huis en tot slot een pruttelend warm gebakje toe. Het heeft zoiets huiselijks en gezelligs, en aangezien het buiten onder het vriespunt is, is het wat mij betreft de ideale tijd.
Dit keer was ik ook getriggerd doordat ik de ouderwetse pie-birds had ontdekt. Geen idee hoe ze in het Nederlands genoemd werden.
Een pie bird, of pie funnel, werd in de 19e eeuw gebruikt om te voorkomen dat dichte, dubbelzijdig gebakken taarten overkookten door de stoomvorming in de vulling. Van oorsprong zijn ze van keramiek en vanuit Engeland maakten ze ze traditioneel in de vorm van een merel, vanwege een bekend kinderliedje waarin bezongen werd hoe 24 merels levend en zingend uit een gebakken taart kwamen ter vermaak van de koning.
Hoe dan ook, dat wilde ik wel eens proberen. Heb afgelopen week gauw een eigen pie-bird gemaakt en vandaag kon ik ermee aan de slag. (Mocht je niet zo'n vogeltje hebben dan is er nog niets aan de hand, tegenwoordig maken ze gewoon een paar sneetjes in de bovenste korst, dan kan de stoom er ook uit!)
Het recept van het deeg is als volgt:
  • 325 gram patentbloem
  • 225 gram zeer koude boter (in kleine stukjes snijden en minimaal 'n uur in de vriezer leggen.)
  • 1 theelepel zout
  • 1 theelepel suiker (van mij mag het wel een stukje zoeter dan dit trouwens, de volgende keer.)
  • 6-8 eetlepels ijswater

Om het deeg te maken werk je het makkelijkste met een keukenmachine. Alle ingrediënten behalve het water in de machine doen en een paar keer kort pulserend mengen. De boter heeft dan ongeveer de grootte van doperwtjes. (Het is niet de bedoeling om het helemaal glad te mengen.) Daarna beetje voor beetje het ijswater erbij en telkens kort pulseren. Als het deeg enigszins samenhangt als je erin knijpt is het goed. Teveel water zorgt voor een taaier deeg.
Met de hand kneden kan ook, maar je moet uitkijken dat je het deeg niet te lang bewerkt. Het mag niet te warm worden. Het deeg blijft iets kruimelig.
Vorm er 2 ballen van en wikkel die afzonderlijk in plastic en leg het minimaal een uur in de koelkast (tot maximaal 2 dagen te bewaren.) Met dit weer kun je het ook gewoon even buiten leggen, nog kouder dan een koelkast!

De vulling kan van alles zijn, van hartig tot zoet. Vandaag heb ik gekozen voor een zoete appelvulling, maar je kunt zelf bepalen hoe of wat, natuurlijk.
Ik nam:
  • 100 gram gewelde rozijnen overgoten met een paar eetlepels bruine rum
  • 600 gram appels in schijfjes (golden delicious of granny smith zijn perfect.)
  • sap van halve citroen
  • 100 gram fijn gehakte amandelen (in keukenmachine) Lichtbruin aangeroosterd zijn ze nóg lekkerder.
  • 200 gram (zelfgemaakte kruidige) appeljam (Had ik nog staan en moest op.)
  • 80 gram suiker
  • kaneelpoeder, koekkruiden, kruidnagelpoeder en/of nootmuskaatpoeder naar smaak.

Een iets plattere, schuine schaal (van glas) is het meest ideaal om de taart in te bakken. Bij een springvorm is de rand zo steil en hoog. Je kunt ook niet spieken of de onderkant al gaar wordt tijdens het bakken. Maar die heb ik niet. Dus dan maar zo. De bodem is voorzien van bakpapier en de randen ingevet met boter en bestoven met bloem.
Als het deeg koel heeft liggen rusten, kun je het eerste bolletje gaan uitrollen. Bestuif het aanrecht en de deegroller met bloem tegen het plakken. Rol het ver genoeg uit dat het de bodem en randen van je vorm kan bedekken, op ongeveer 0,5 cm. dikte. Voorzichtig met oppakken, het deeg breekt redelijk snel.
Voordat de vulling erin gaat bestrooi ik de bodem voor de zekerheid nog met wat paneermeel om vocht op te vangen. Ook wat extra kaneelpoeder erbij voor de lekker.
Het taartvogeltje en de vulling gaan erin.
En daarna de bovenste uitgerolde deeglap erover. Druk de twee randen goed op elkaar aan. Kan met een vork of door het samen te vouwen. Ook om de taartvogel heen goed laten aansluiten, en eventueel verder versieren. Net wat je zelf leuk vindt. Vergeet niet: geen pie-bird, dan een paar sneetjes maken in de bovenste deeglaag om het stoom te kunnen laten ontsnappen.

Voor een gouden korst, besmeer je de taart met een ei-mengsel.

  • het eigeel van 1 ei
  • 1 eetlepel room (onbeslagen slagroom)
Samen even doorkloppen en de bovenkant van je taart helemaal insmeren/kwasten.

Leuk trucje om eigeel van eiwit te scheiden: Breek de inhoud van een ei in een laag schaaltje of schoteltje. Pak dan een leeg klein plastic flesje en knijp daar een beetje in terwijl je het boven tegen het eigeel houdt. Knijp vervolgens iets minder hard en door het vacuüm wordt het eigeel een stukje in het flesje gezogen. Probeer constante druk te houden en zorg ervoor dat het niet helemáál in het flesje gezogen wordt, terwijl je het verplaatst naar een schoon schaaltje. Weer wat harder knijpen en het eigeel floept eruit. Helemaal intact. Leuk he?
Ik was het ei alleen vergeten en had de taart al even in de oven staan toen ik erachter kwam. haha. Alsnog het eimengsel op de taart gedruppeld, maar dat werd lang zo mooi niet meer! Je kunt nu trouwens wel goed zien wat het verschil is tussen wel of geen eimengsel.

De taart bak je in een voorverwarmde oven. De eerste 20 minuten op 200 C. Daarna ongeveer 45 minuten op 175 C. Eventueel kun je de rand van de taart halverwege een beetje bedekken met aluminiumfolie als die te hard gaat.

Het blijft een beetje gokken, maar dat maakt het juist wel spannend. Leuk vond ik ook om te zien hoe de taartkorst een beetje op en neer ging in de oven, alsof die kleine zuchtjes gaf en leefde.
En als het er dan uitkomt, wow! Dat is wel even een échte ouderwets lekkere taart! Schouderklopje Chantal!! Even af laten koelen en smullen maar, op de winter!

1 opmerking:

Anoniem zei

mmm... dat ziet er lekker en leuk uit!