Pagina's

M: cadeautje, pot vol koekjes

Tijdens afgelopen kerstdagen kreeg ik van mijn nichtje dit cadeautje: een pot vol koekjes.

met recept op het etiket


Ik was het al wel eens tegengekomen tijdens het surfen op internet, maar nu ik er een daadwerkelijk in mijn handen had, was het nog leuker dan gedacht!




Het ziet er zo leuk uit, al die laagjes. En wat zou het zijn, want je hebt natuurlijk koekjes en koekjes...
Iets met havermout, dat kwam goed uit, want dat kennen we van vroeger en heb ik hier in huis zo'n maand of twee geleden eens geintroduceerd, met groot succes. Maar in dit potje zaten ook m en m's en pinda's. Alletwee goed, maar hoe zou het smaken?
Ik had ter plekke zin om het te proberen maar moest wachten tot een rustig moment thuis. Vandaag dus!! 31 december 2012, een dag waar je naar hartlust kunt rommelen.

 
Volgens het recept moest ik 40 gram boter toevoegen en 1/3 deel van een ei . Alles in een kom en mengen maar. Bij het openmaken van het potje: een verrassing! extra chocoladevlokken!!



Dan nu maar alles mengen:
 
 
Balletjes van maken en die een beetje platduwen
en dan 10 minuten in een oven van 180 graden.
 
Het moeilijkste was het wachten totdat de koekjes iets afgekoeld zouden zijn.
en dan de test: waren ze lekker??? Nou en of, binnen 10 minuten was alles weer op.
 

Naast dat het cadeautje heel erg leuk en lief was en de koekjes lekker, vind ik vooral het idee van zo'n cadeautje erg leuk. Je eigen favoriete koekjes, in een mooie pot (wel even schatten hoeveel er in gaat), je uitleven op een mooi etiket en dekselversiering en je hebt een mooi/leuk/lekker cadeautje!

 
 

C: Fijn 2013 allemaal.


Hier is Raafje in ieder geval al helemaal klaar voor de nieuwe frisse start na haar knipbeurt! 
Fijn 2013 allemaal!

vrijdag 28 december 2012

C: Sinaasappelcake uit de kachel

Ik kwam deze methode tegen op internet en wilde het gelijk uitproberen. Oorspronkelijk was het geschreven als een mogelijkheid om te doen tijdens het kamperen in de zomer. Gezellig rond een kampvuur zitten en meteen daarin ook iets lekkers klaarmaken. Maar zo lang wil ik helemaal niet wachten! Wat in een kampvuur kan, dat moet ook in een  kachel kunnen, dacht ik zo. Dus daarom stond het met Kerst op het menu, als experimenteel toetje. Spannend!

Je hebt nodig: 1 sinaasappel (per persoon) die je op 2/3 doorsnijdt, zodat je een groter stuk hebt en een kapje.
Pers alle delen uit. Nu heb je een soort "bakje" met een dekseltje. En vers sap.
Neem een beetje cakemix (gekocht of zelf gemaakt, ik hou het makkelijk met een pakje complete kruidcakemix van de supermarkt.) en gebruik het sinaasappelsap om de droge mix aan te lengen tot een dikkig papje. (Je hebt daarvoor niet alle sap nodig anders wordt het te dun, de rest lekker opdrinken. Maak genoeg om je uitgeholde sinaasappel(s) tot 1 cm onder de rand te vullen.
Onderin verstop ik nog een stukje donkere chocolade en wat verkruimelde pecannoten. Het is tenslotte Kerst.. Nou ja, anders had ik het óók gedaan.
Niet helemaal tot de rand vullen want de cake gaat nog rijzen. (In dit geval pulpte de cake later een klein beetje over, maar gelukkig niet veel. Toch, de volgende keer beter op letten.)
Doe het kapje er weer op en wikkel zo de hele sinaasappel in een dubbele laag aluminiumfolie. Redelijk strak zodat het kapje er niet afschuift.
En dan in de kachel (of in het kampvuur.) Let wel op dat je het niet in de vlammen legt maar dat je een stukje vrijmaakt waar het in de hete as kan liggen. Nu is het wachten. Om de 10 minuten draaide ik de zilveren ballen zodat ze gelijkmatig warm konden worden. (Niet met je handen, maar met zo'n bbq-tang) Na een half uurtje gingen ze óók op de kop. De cake is dan al genoeg gegaard en zal niet leeglopen.
(Zie je trouwens m'n kat Cousje lekker naast de kachel liggen, linksonder?  Heerlijk genietend, hmmmm)
Na een uurtje in totaal (dat was de tijd die op het pak van de cakemix stond) ben ik eens gaan kijken. De cake stulpte dus door het spleetje van het kapje heen en daar was het ook een beetje aangebrand, maar dat kon je heel makkelijk weghalen. (De volgende keer iets beter opletten dat ik de sinaasappelbakjes niet té vol doe met de cake.) De buitenkant van de onderste helft zag ook behoorlijk zwart maar de schil had de cake goed beschermd want binnenin was het één en al goddelijkheid, met een vleugje sinaasappelsmaak! Even was ik bang dat het nog iets te nat was want bij het afhalen van het kapje leek het nog een beetje vochtig, maar dat was schijn, de cake was perfect. Het enige nadeel is dat het niet meer is dan wat er in zo'n sinaasappel kan, want eigenlijk had ik wel even door willen eten! Haha.
En als punt van perfectie voor de volgende keer: Geen chocolade meer dóór de cakemix, maar in plaats daarvan een chocoladesausje voor óver de warme cake. Ik denk dat het dan nóg lekkerder zal zijn.
Echt, jullie moeten dit een keer proberen. Het is zo leuk om zo te koken! Als het niet in de kachel is deze winter, dan minstens een keer tijdens de barbecue of in het kampvuur van de zomer. Ik denk dat gewone cake in citroenen ook heel lekker zal zijn! Oh...krijg nu alweer honger!

zondag 23 december 2012

C: Familieschaap

December is wel een beetje de maand om op de nostalgische toer te gaan. Vandaar dat ik vorige week, toen ik na een drukke week en een opkomende griep boodschappen ging doen, zomaar opeens met een bolletje wol en breipennen thuiskwam?! (Nu is het meer dan 20 jaar geleden dat ik überhaupt gebreid heb en ik weet dat het in de tussentijd behoorlijk opgehipt is (hoewel ik nog uit de tijd kom dat het gewoon iets was wat je vanzelfsprekend thuis en op de lagere school geleerd kreeg)  maar ondanks allerlei truien en sjaals uit het verleden had het me op een bepaald punt toch verlaten, hip of niet.. Tot afgelopen week dus.)
Daar zat ik opeens weer en het leek alsof er nooit 20 jaar tussen had gezeten. Afgezien van wat kramp in m'n handen ging het al gauw redelijk makkelijk. Hoefde niet na te denken hoe je ook alweer een pen op moest zetten, en het insteken, omslaan, doorhalen en af laten glijden ging als vanzelf. Ook nu weer een poes in de buurt die met de wol ging spelen of in de bewegende pennen ging hengelen. Zucht...nostalgie! Het geluid alleen al.. tik..tik..tik..tik..tik...als een klokje dat teruguit tikt.

Ik weet nog precies waar ik in de huiskamer zat toen m'n moeder me leerde breien. Was 7 jaar en ik dacht dat ik het nooit zou kunnen, zo moeilijk vond ik het. Huilen uiteraard, wol door de kamer smijten uit frustratie, maar dan toch weer gaan zitten want ik wilde het wél leren. Het idee was namelijk dat we allemaal een schaap zouden breien, Papa, mama, Mirjam (die toen 2x ouder was dan ik) en ik, als een symbolische schapenfamilie voor in het kerststalletje. Dus ja, daar wilde ik óók bij komen.
(Later snapte ik het en was daar zo verrukt over dat ik het op mijn beurt weer aan m'n vader wilde leren, helaas wel net onder Studio Sport, dus dat kwam niet erg aan, haha.)

Dus toen ik nu opeens, na zo'n lange pauze, weer aan het breien was geslagen leek het me wel toepasselijk om weer met een schaap te beginnen. Niet al te moeilijk (geen averechts) en redelijk overzichtelijk (een avondje werk). Bovendien is het weer bijna kerst! Dan zijn schaapjes altijd welkom!

Je begint met het breien van 2 vierkantjes. De ene een kwart qua oppervlakte ten opzichte van de andere. Het grote vierkantje wordt het lijf, de kleine de kop. De grootte kun je verder zelf bepalen, niet alle schapen zijn even groot dus dat hoeven deze ook niet te zijn.
Voor het lijf maak je de 4 poten door met een stopnaald iedere hoek van de punt uit samen te vouwen en vast te rijgen, zo ver tot je in het midden een open vierkantje hebt.
Wikkel wat draad om de uiteinden zodat je stevige hoefjes krijgt. En maak de buikkant dicht door twee zijden tegen elkaar te naaien. (Eventueel kun je het lijf nog wat opvullen met watten als je lapjes wat losser gebreid zijn.)
Je kunt een uitstulpinkje maken aan één kant (op de twee bovenste foto's aan bovenzijde) als staartje.
Voor de kop neem je het kleine vierkantje en naait de twee bovenste hoeken naar elkaar.
 Vervolgens sla je de onderste helft in z'n geheel om en naait dat aan de omgeslagen hoeken vast.
Van de voorkant ziet het er eerst zo uit, maar door twee kleine steekjes bij de oren te zetten geef je het meer vorm.
Tot slot naai je de kop vast aan het lijf en versiert het verder. Kraaltjes of knoopjes als ogen (ik vond toevallig kleine poppenoogjes in oma's oude naaidoosje, wat een geluk!) een zwart neusje van wat garen. En eventueel een klein kattenbelletje om als halsband. Mooooi!

Op deze manier kun je er een heel stel maken. Een hele groep witte en dan een enkele zwarte ertussen, ook leuk!

Deze geef ik morgen aan m'n moeder, dan is ze officieel jarig (al heeft ze haar feestje en echte cadeau al gehad.) Zij heeft namelijk de gevleugelde uitspraak om tegen (leuke) mensen te zeggen: "Ik brei een schaap voor je!" (Wat dus eigenlijk betekent, "Je bent als familie voor me, je hoort erbij." Een uitspraak die afstamt uit deze oude traditie.) Helaas kan ze helemaal niet meer breien sinds ze 10 jaar geleden haar arm half verlamde, net zo min als een heleboel andere dingen die ze graag deed. Toch blijft de uitspraak en de intentie bestaan. Dus ik vind het nu wel een erg mooi gebaar om te kunnen zeggen: "Kijk mam, ik heb speciaal voor jou een schaap gebreid!!"

zaterdag 22 december 2012

C: Wintervitamines

In de winter is je moestuin in rust, maar dat is geen reden om tóch niet wat wintervitamines te kunnen oogsten! Er is namelijk een makkelijke en snelle manier om voor wintergroen te zorgen, zonder dat je daar een (moes)tuin voor nodig hebt. Iedereen kan het.! Superrrrgezond en lekker.

Spruiten:

Nee, géén spruitjes!! (Ik zal eerlijk bekennen dat ik geen spruitjes meer gegeten heb sinds ik het nest heb verlaten en voor mezelf moest gaan koken. Ik hou veel van groenten, maar spruitjes....nee!)
Ik bedoel hier dus spruiten in de zin van ontsproten kiemgroen. Dat kan van vanalles zijn. Broccolizaad, alfalfa, linzen, kikkererwten, mungbonen..etc. 
De grote verrassing is dat de vers ontsproten kiemgroenten boordevol vitaminen en mineralen zitten, in een vele hogere concentratie dan in een volwassen plant of in het zaadje zelf. Volgestouwd met anti-oxidanten én licht verteerbaar! Wat wil je nog meer? Zo compact en zo gezond. Kleine vitaminebommetjes zijn het.  
Nu kun je natuurlijk een bakje alfalfa of taugé in de supermarkt kopen, maar het is veel voordeliger om zelf de zaadjes te laten ontspruiten. Het is niet extreem moeilijk, al vergt het wel een paar dagen (achter elkaar) enigszins aandacht (van een paar seconden). De rest doet het plantje zelf. Je ziet het elke dag groeien en daarmee groeit ook het besef dat je écht iets vers eet. Voor een paar euro koop je al wat zaad/bonen/linzen bij de supermarkt of natuurwinkel. Het lijkt niet veel maar wacht maar eens hoe het groeit!
Wat je nodig hebt zijn wat glazen potjes en wat gaas. (De potjes die je hier ziet zijn van het formaat pindakaaspot.) Haal de deksel eraf en sluit de pot in plaats daarvan met een stukje gaas en een elastiek.

Om te beginnen schep je 2 eetlepels (echt niet meer) zaad in de pot en bedek het met een laagje lauw water om te weken. Dit moet een aantal uur (een werkdag of een nachtje) blijven staan. Daarna giet je het water weer af en zet de pot schuin op de kop. Ik zet ze half op de opstaande rand van een schoteltje. Zo wordt uitlekkend water opgevangen en staan ze een beetje schuin/droog.
Vervolgens spoel je elke ochtend en avond (eventueel ook middag) de pot even door. Vul het met water (koud), schud een beetje en giet het af. Als het water eruit is schud ik meestal de zaadjes een beetje schuin tegen de pot, zodat ze niet zo op een kluitje zitten.
Zet het vervolgens weer schuin ondersteboven op het schoteltje, liefst op een wat donkerder plekje. Duurt nog geen 20 seconden per keer.
Dit doe je voor een paar dagen.

 Na 1 dag. (links kiemmix zaad, rechts mungboontjes)

 Na 2 dagen.

Na 3 dagen. (In principe al klaar om te eten)

 Na 5 dagen. 

Na 3 tot 5 dagen (afhankelijk van hoe warm het is en dus hoe snel ze ontspruiten) zijn ze klaar om te eten. Bewaar ze eventueel (met de oorspronkelijke schroefdeksel) in de koelkast, dan blijven ze nog een dag of drie goed.
Je kunt ze op allerlei manieren gebruiken. Even meeverwarmen met het avondeten, door de soep, op het brood, door de salade, meegemixt in verse smoothies.
Het is echt een karweitje van niks, wij hebben hier steevast een paar potjes staan.
En zo heb ik tóch nog een beetje het gevoel dat m'n groene vingers bezig blijven voor m'n dagelijkse portie gezond.

De hoogste concentraties vind je bij: Broccolizaad, quinoa, daikonzaad en ontkiemde gierst.
De makkelijkste soorten zijn: Alfalfa, fenegriekzaad, groene en rode erwten, linzen, mungboontjes, quinoa, adukibonen, klaverzaad, radijszaad en tarwekorrels.
Ook geschikt: Kikkererwten, gierstkorrels en zonnebloempitten.

Het proberen waard! Zeker nu in de kerstvakantie, en dan als goed voornemen meenemen het nieuwe jaar in!

C: Maak je eigen "sneeuwbol"

Je kent ze wel, van die bollen die je moet schudden om een mooi mini-sneeuwstormpje te krijgen. Als ik die in de winkel zie staan kan ik het niet laten om ze even op te pakken en flink op en neer te bewegen. Vaak zijn ze té kitcherig om ook echt te willen hebben, maar het hoort wel een beetje bij kerst, vind je niet? Gelukkig kun je ze ook zelf maken, naar eigen smaak, en dat is helemaal niet zo moeilijk. 
Je hebt nodig:

  • Schoon glazen jampotje met metalen deksel
  • Een beeldje wat erin past. Kan van keramiek, glas of plastic zijn.
  • Glycerine (apotheek of drogist)
  • Verschillende glitters (hobbywinkel of Action)
  • Goede lijm (ik gebruik altijd 2-componentenlijm van bison)
  • Schuurpapiertje
  • Gekookt water.

Begin met het opschuren van de binnenkant van het dekseltje, zodanig dat je het metaal opruwt. Lijm het beeldje vast en laat het goed drogen. (Bij deze lijm minstens een etmaal.) Let ook op hoe je het beeldje op het dekseltje lijmt, het potje moet er nog wel overheen passen.
Alle glazen potjes hebben een deelnaad over het glas lopen, een soort tekenend streepje aan beide zijden van het glas. Het is zonde als zo'n deelnaad net in het gezichtsveld van je beeldje komt, dus markeer hoe je deksel op het potje wordt gedraaid en zorg dat de voorkant van je beeldje net tussen die twee deelnaden in zit.
Een verhoginkje van je beeldje is ook vaak mooier. Vlak bij de deksel is het glas namelijk niet recht vanwege de draaischroef en dat vertekent het beeld. Het beste is het als jet beeldje zelf zoveel mogelijk achter recht glas zit, maar lukt dat niet dan is dat natuurlijk geen ramp.
Vul nu je potje helemaal tot de bovenrand met gekookt (en nog steeds warm/heet) water. Water wat gekookt heeft zorgt voor veel minder luchtbelletjes later. En als het water nog steeds warm/heet is als je potje later dichtgedraaid wordt dan blijft de deksel steviger dicht zitten omdat het enigszins onder vacuüm komt te staan.
Draai je deksel (met vastgelijmd beeldje) nu een keertje op het potje. Het water zal overlopen vanwege de massa van het beeldje. Uiteindelijk willen we straks zo min mogelijk luchtbellen in het potje hebben, dus precies genoeg (of iets teveel) water. Door nu al een gedeelte van het water weg te laten lopen gebeurt het straks niet al te erg met het water waar de glitters al inzitten (en dus het merendeel van de glitters zou overlopen.)
Door de warmte van het water is het wel belangrijk dat je lijm goed uitgehard is, anders laat het beeldje waarschijnlijk los van het dekseltje.
Naast het water wat is overgelopen door het beeldje er een keer op te schroeven, haal je óók 2 eetlepels water eruit. Dit wordt meteen weer aangevuld met 2 eetlepels glycerine. Glycerine zorgt ervoor dat de glitters straks wat langzamer naar beneden zullen dwarrelen. Doe je er geen glycerine bij dan zakken de glitters wel erg snel. Lang niet zo leuk.
Sommige recepten geven ook babyolie aan om erin te doen, maar dat maakt je water veel troebeler. Glycerine werkt het fijnst.
Voeg vervolgens ongeveer een theelepel aan glitterkleuren naar keuze toe. Grote of kleine glitters, of allebei. En roer het geheel goed door.
Tot slot gaat de deksel er weer op (denk aan de deelnaadjes) en draai het zo stevig mogelijk aan. Klaar is Kees. Je eigen sneeuwbol!

Hier zie je een link naar sneeuwbollen, gemaakt tijdens m'n kinderkleicursussen van vorig jaar. Was een grote hit!
Veel succes en mooie kerstdagen gewenst!

dinsdag 18 december 2012

C: Stamboom

Cadeautje voor de verjaardag van m'n ouders. Onze eigen kleine familiestamboom.
Papa en mama bovenin. Dan Mirjam met echtgenoot en kinderen aan de rechterkant, en ik met m'n lief links. We hangen er met z'n allen gezellig bij, alhoewel het vogeltje er het zijne van denkt. Haha.

C: Chocolademelk met lavendel

Ik was eens, tijdens een koude regenachtige februarimaand, in Spanje op vakantie. Om een beetje warm te blijven daar doken we geregeld een barretje in, want Spanje is opvallend onverwarmd als de zon niet schijnt. Steevast bestelde ik een warme chocolademelk en steevast kreeg ik het antwoord dat ze dat helaas niet hadden, alleen de oplosvariant. Kijk, Spanjaarden weten namelijk hoe een échte warme chocolademelk hoort te zijn. (gemaakt van gesmolten chocolade in romige melk), al het andere is niet goed genoeg om de naam te dragen. Kunnen we in Nederland nog wat van leren want hier gaat een slap aftreksel al voor chocolademelk door, en zonder dat ze het doorhebben waarschijnlijk.
Ook nu zijn de dagen weer regenachtig en koud. Het is zo grijs buiten dat ik besloot om weer eens de extra moeite te nemen om voor mezelf een officieel kopje warme chocolademelk te maken. Met een romige toef slagroom op de kop toe. Soms moet je jezelf verwennen. En om het nét even wat specialer en verfijnder te maken dit keer met een lichte lavendelsmaak. Dat lijkt helemaal niet zo lekker, maar het tegendeel is waar!
 Je hebt nodig:
-250 ml. (biologische) (volle) melk
-60 gr.bittere chocola (>70%)
 óf: 45 gr. bitter en 15 gr. melkchocolade(= iets romiger)
-Theelepel gedroogde lavendelbloesem.
-snufje zout
-Vanillepeul (of vanille-extract)
-1 theelepel suiker
-200 ml. slagroom om op te kloppen
-cacaopoeder voor garnering
Begin met het opwarmen van de melk en de lavendelbloesem in een pannetje op een laag vuur. Breng het al roerend nét aan de kook en zet het dan van de pit af om het 5 minuten te laten trekken.
Maak intussen de slagroom door 1/4 deel van een vanillepeul in de lengte in te snijden en de zaadjes eruit te raspen. De zaadjes samen met een theelepel suiker in de slagroom doen en opkloppen tot lobbige room.
Als de melk 5 minuten getrokken heeft, zeef je de lavendelbloesem eruit en zet je de melk terug op een laag vuur. Voeg de chocolade in stukjes toe en laat het onder regelmatig roeren oplossen. Desnoods kun je de melk nog wat opkloppen. Een snufje zout erbij haalt de smaak van de chocolade nóg meer op.
En dan is het tijd om te genieten. Giet de chocolade in een kopje, een toef slagroom erop en eventueel wat cacaopoeder erover ter garnering. Je weet niet wat je proeft! Zo rijk van smaak!
Een kop zoals hier afgebeeld is eigenlijk teveel, tenzij je een echte chocoholic bent. Het is zo rijk dat het ook snel vult. Uit een hoeveelheid van 250 ml. melk kun je beter twee of zelfs drie kleinere kopjes halen. Mooi geserveerd in een kleiner theekopje, koekje erbij, pink omhoog, en weg zijn die sombere regenwolken.
Probeer zelf maar!

zaterdag 8 december 2012

C: Winterstek Vlier

Ik heb hier in deze blog vaak genoeg m'n "liefde" voor de vlier betuigt. En nu gaat het zelfs zo ver dat ik er eentje wil hebben voor mezelf.
Nu dat ik namelijk een moestuin toegewezen heb gekregen bij m'n volkstuinvereniging, heb ik opeens ook ruimte om een vlier neer te zetten. Tenminste, er moet wel eerst nog een enorme conifeer gerooid worden (kleinigheidje..ehum), maar dan is er in principe plek voor iets nieuws...
Vandaar dat ik eens rond ben gaan zoeken, en wat bleek, je kunt vlieren kennelijk vrij goed stekken! En dan is nú ook nog eens de tijd om dat te doen. Een winterstek noemen ze dat. Komt dat even mooi uit!

Je kunt hier kijken voor een video over het stekken van een vlinderstruik. De methode is voor een vlier precies hetzelfde. Beter kan ik het niet uitleggen.

Bij mij staan ze nu zo in een koude bak:

Het was even schrikken want toen ik drie weken geleden naar de grote vlier toeliep (waar ik afgelopen jaar de meeste bessen van heb weten te plukken) om takken te rooien, bleek die al helemaal tot de grond toe gesnoeid. Oeps, schrikken, als die de winter maar doorkomt zo. Moest daarom uitwijken naar een oudere vlier verderop. Ik hoop dat dat voor de resultaten niet uitmaakt. Heb voor de zekerheid ook Mirjam gevraagd om van de vlier op haar stukje moestuin wat stekken te nemen. Hopelijk slaan er dan een paar aan.
Mochten er meer aanslaan dan ik op mijn stukje moestuin kwijt kan dan heb ik m'n oog al laten vallen op een kalig stukje bosrand hier in de buurt. Ga ik (illegaal? sssst) wat neerplanten. In mijn optiek kunnen er nooit teveel vlierstruiken zijn namelijk. De voordelen zijn gewoon té groot.
Nu maar afwachten... en hopen dat er meer mensen op het idee komen om een vlier te stekken! Ik hoor het graag!



Update: De vlierstekken staat nu zo'n anderhalve maand in de grond en vertonen al hun eerste knoppen!!! Is het gek dat ik daar zo blij van werd dat ik een vreugdesprongetje heb gemaakt? Ik blijf het wonderlijk vinden dat een bosje ogenschijnlijk dooie takken al zo snel weer tekenen van leven geeft. Joehoe!

C: Vogels bijvoeren

Hebben jullie dat nu ook? Dat je binnen lekker bij de verwarming zit, genietend naar buiten kijkt waar de sneeuw de tuin tot een soort magisch oord heeft getoverd, en dat er dan opeens een vogeltje zielig op de schutting komt zitten en hongerig de tuin afspeurt naar iets eetbaars?
Ik kan daar niet zo goed tegen, krijg meteen medelijden met die arme vogeltjes in de vrieskou, en m'n eigen warme plekje bij de verwarming is gelijk een stuk minder behaaglijk.
Tijd om de vogels bij te voeren dus.

Nu is de ene vogel de andere niet. 
Ze lusten niet allemaal hetzelfde en willen het ook op een andere manier gepresenteerd krijgen.
Op de site van Vogelbescherming Nederland las ik er meer over: 

In mijn tuin heb ik nu voornamelijk merels, mezen en duiven. (Maar ook wel eens kauwen, kraaien en eksters, soms een vlaamse gaai.) Heel af en toe mussen, roodborstjes, vinken en winterkoninkjes. Zou ik m'n tuin wat vogelvriendelijker maken door wat meer beschutting en bossage te plaatsen, dan zouden er ongetwijfeld meer komen. Ook een kattenvrije tuin zou helpen, maar dat laatste zie ik niet gebeuren.
Nee, voor nu moeten ze het doen met wat extra voer, voor de gelegenheid wél zelfgemaakt uiteraard.

Voor de merels, een fruittaart:

Merels houden van fruit en bessen. Dat weet ik al sinds ze hier in het najaar altijd van m'n druif komen snoepen. Met die reden had ik al wat druiven ingevroren die over waren na het maken van de druivensap. Ook vlierbessenpulp had ik achtergehouden. Kan ik nu mooi gebruiken.
Daarnaast ook wat gekocht fruit, voor de kleur en de variatie.
Ook m'n oude aardewerken puddingvormen komen mooi van pas, dat geeft een mooie vorm straks. Maar je kunt ook gewoon een kleinere springvorm of (nog makkelijker) siliconen taartvormen gebruiken.
Naast het fruit heb je ook een ongezouten vet nodig. Dat kan een plantaardig vet zijn (geen vloeibaar vet) maar ik koos dit keer voor dierlijk vet. Want vogels hebben veel behoefte aan verzadigd vet.  In het pak van ossewit zit het vet verpakt in 4 aparte pakjes. Smelt in een pannetje en op láág vuur steeds een pakje per keer. Dan werk je sneller en overzichtelijker. Let erop, je kunt voor vogelvoer géén margarine gebruiken!!
Er is geen bepaalde manier om dit te doen, maar ik vind het leuk om in verschillende  laagjes te werken en die af te wisselen. Eerst een laagje vruchtjes.
Dat laagje vervolgens "vastzetten" met een laagje gesmolten vet. Doe dat rustig en met een pollepel.  Gesmolten vet is erg heet en kan nare brandwonden geven. Hou je aandacht er dus bij. Laat steeds een laagje stollen voor je het volgende laagje doet. (Desnoods de vormen tussendoor even buiten zetten, dan stolt het sneller.)
Een laagje vlierbessenprut, daar weer vet over.
Een laagje gewelde rozijnen. (ook een klein laagje zaadjes voor de enkele mus die langskomt.)
Een laagje druivenprut. Weer vet erover.
En tot slot een laagje appelschijfjes afgewerkt met een dun laagje vet om het vast te zetten.
Vervolgens moet het afkoelen. Ben een flinke wandeling gaan maken met de hondjes in het bos. Bij thuiskomst was het helemaal gestold. (Dat is natuurlijk afhankelijk van de temperatuur buiten. Je kunt het ook in de koelkast of vriezer zetten.)
Het nadeel van een keramieken vorm is dat het er ook weer uit moet. Daarvoor plaats je het een paar minuten in een schaal met kokend heet water. (Lang in een lauw badje werkt niet, alleen het buitenste laagje moet weer smelten, dan glijdt ie er zo uit.)
TADAAAA, zeg nou zelf...dat ziet er toch prachtig uit!! Merels eten het liefst van de grond, maar dat is bij mij geen optie, de hondjes zouden al snel hun kans schoon zien. Een grote tafel is het beste wat ik ze kan bieden, nu maar hopen dat ze er geen weerstand aan kunnen bieden.

Voor de mezen, hangende bollen:

Mezen hangen graag als ze eten en ze houden van vet en zaden. Ik weet best dat je heel makkelijk en goedkoop mezenbollen kunt kopen, maar zelf maken is toch veel leuker!?
Neem ook hiervoor wat ossewit. Uit 1 pakje (1 van de 4 uit de doos) kun je makkelijk 4 bollen maken. Of een ander (plantaardig) vast vet. Géén margarine!
Voeg daar strooivoer aan toe. Dit kun je in zakken los kopen bij dierenwinkels, supermarkten, boerenbonden etc. Wij hadden ook nog wat oude hazelnoten liggen die ik er gemalen doorheen deed. Houd ongeveer 50:50 aan. Gelijke hoeveelheden vet en zaden.
Laat het in het pannetje buiten wat stollen. Duurde bij mij ongeveer 20-30 minuten bij 1,5 C. Roer het wel geregeld even door zodat het gelijkmatig stolt en laat het niet te koud worden. (Kan ook in de koelkast.)
Van touw maak ik lusjes die ik aan de onderkant dichtknoop. Van het zachte vet vorm ik bolletjes om het knoopje heen, zodat ze later stevig vastzitten. Ook nu laat ik de bolletjes buiten weer even verder opstijven (ongeveer 10 minuten) voordat ik ze voor de laatste keer stevig aandruk.
Na een uurtje in de kou zijn ze stijf genoeg om op te hangen. Klaar! En dan is het nu vanachter de verwarming tevreden naar buiten staren wanneer de eerste vogels komen genieten.